Literatuur
- Dolfin, Marceline J. & E.M. Kylstra & Jean Penders, Utrecht, De huizen binnen de Singels. Deel B: Overzicht. Deel in de serie 'De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst' hierin: 'De provincie Utrecht', De gemeente Utrecht', deel IIIB. 's-Gravenhage (SDU), 1989. [216 blz. ISBN 90.12.05875.9 / 90.12.05876.7(set)]. Hierin "Springweg 46": blz. 155
- Klück, Bart, "Springweg 46". In: Archeologische en Bouwhistorische Kroniek Gemeente Utrecht, 1991-1992, blz. 214
- Stelling, Jos, 130 jaar Springhaver Theater Café. Utrecht (Springhaver), z.j. [2015] [50 blz. ISBN -] (Hierin o.a. [blz. 7]: "Het café werd in 1885 geopend als koffiehuis annex slijterij. De uitbater was P. Jongerius die voor die tijd een tapperij aan de Ganssteeg bezat. In 1882 werd de drankwet ingevoerd. Het kostte Jongerius jaren voor hij een drankvergunning had. Tot ver in de jaren zestig bestierde de familie Jongerius het café. Oorspronkelijk was het een café chantant: na bijbetaling van wat centen mocht men achter een gordijn genieten van wat muzikale optredens. Weer wat later kwam er een biljart. In de jaren zestig verpachtte de familie Jongerius het café aan Herman Bontan." [blz. 11] "In 1980 werd 'café Bontan' overgenomen van de familie Jongerius en nam Christine Stelling de exploitatie van het café over. Enkele jaren later werd de smalle machinefabriek tussen het café en het theater overgenomen en werd daarin Springhaver 2 gevestigd. De moderne voorgevel werd ontworpen door Mart van Schijndel, die een jaar later ook verantwoordelijk was voor het ontwerp van de foyer aan de achterzijde. Hierdoor werden de panden binnendoor met elkaar verbonden en werd 'Springhaver' één geheel. [...] Mede door het filmtheater werd het café al snel meer dan een buurtkroeg. [...] Zo groeide Springhaver uit tot de huiskamer van Utrecht en is niet meer weg te denken uit het Utrechtse culturele leven."
- Heytze, Ingmar, Van licht en steen, (beschrijving van de panden van het UMF ter gelegenheid van het 70-jarig bestaan). Utrecht (Het Utrechts Monumentenfonds), 2013. [312 blz. ISBN 9789090278261]. Hierin: blz. 98 ("Café Springhaver zat nog niet vol met prachtige cappuccino drinkende studentes en artistieke jongens met zwarte brillen. De kroeg heette nog Bontan, de achternaam van de familie die de kroeg uitbaatte. Een fatsoenlijk mens ging er niet naar binnen, of kwam er in elk geval niet fatsoenlijk uit"), 108 ("Toen Jos Stelling in de jaren tachtig begon met een café naast zijn bioscoop Springhaver, zat daar nog heel wat plaatselijke penoze uit de volkskroeg die het vroeger was").
- Wessels, Kees, "Ontspannen luisteren in overvol en toch beschaafd Springhavercafé". In: Utrechts Nieuwsblad, 15-04-1992, blz. 17